Nieuwe EU-verordening. Wat & waarom? Een interview met Skal & Bionext

De biologische sector maakt zich op voor de inwerkingtreding van de nieuwe EU biologische verordening, op 1 januari 2022. Waarom is er eigenlijk een nieuwe verordening? En wat betekent dit voor de sector? Welke rol spelen de grootste belangenbehartiger voor de biologische sector in Nederland en de toezichthouder op de Nederlandse biologische sector hier in?

Marian Blom, projectleider team Kennis en Innovatie bij Bionext en Kaat Appelman, plaatsvervangend directeur bij Skal Biocontrole, gaan hierover in gesprek. Aanleiding voor nieuwe EU biologische verordening In de afgelopen jaren is de biologische sector steeds vaker onderwerp van gesprek. De sector heeft zich sterk ontwikkeld, mede door de ervaringen met de huidige verordening en ook de impact van overige dossiers, zoals klimaatveranderingen, die doorsijpelt in de biologische sector. Marian Blom: ‘Vanwege verschillende redenen is de huidige verordening vernieuwd. Een onderzoek door Brussel liet zien dat de huidige verordening niet altijd tot goede regels leidde. Ook maakt de groei van de sector het mogelijk om een stapje verder te gaan in de eisen voor biologische grondstoffen en tenslotte wilde men fraude voorkomen door meer controle-regels in te voeren. Deze nieuwe verordening is de aftrap van een reeks nieuwe ontwikkelingen voor de komende jaren. Maar de implementatie van deze verordening is een hele kluif, voor de hele sector.’ Kaat Appelman: ‘De verordening sluit op een aantal vlakken nu veel beter aan op de beginselen van biologisch. Dit, maar ook alle wijzigingen ten opzichte van de huidige verordening brengen verandering mee voor Nederland als lidstaat van de EU, voor de overheid, de toezichthouder, maar zeker ook voor de ondernemers.’

Belang van de nieuwe EU biologische verordening

Appelman gaat in op het belang van een Europese verordening: ‘Centraal staat dat van boer tot bord alles volgens de biologische wetgeving klopt. De consument moet er vanuit kunnen gaan dat wanneer ze een biologisch product kopen, dit ook daadwerkelijk biologisch is.’ Voor meer diersoorten zijn er nu productieregels gemaakt in de sector, bijvoorbeeld voor konijnen en herten. Ook is de scope uitgebreid. Zo zijn er ook artikelen in de verordening opgenomen over producten die van biologische dieren afkomstig zijn, zoals wol en leer. ‘Het is heel mooi dat er nu op Europees niveau duidelijke regels zijn, dit zorgt voor harmonisatie binnen de biologische sector,’ stelt Appelman.

Een nieuwe EU biologische verordening: wat betekent dit voor de ondernemer?

Appelman schetst de impact voor de ondernemers: ‘Omdat de scope is aangepast biedt dit nieuwe kansen voor de ondernemers. Er is op meer gebieden biologisch te ondernemen. Maar omdat er ook veel wijzigingen zijn ten opzichte van de huidige verordening, maakt het dat ondernemers alles onder de loep moeten nemen, om te kijken of bijvoorbeeld de productieprocessen binnen het bedrijf nog wel voldoen aan de biologische wetgeving. Dat is intensief, en de uitkomsten hebben soms grote financiële gevolgen.’ Blom geeft aan dat er ook veel zorgen zijn. ‘Het is lastig dat er nog veel onduidelijk is. Enerzijds omdat niet alles vanuit Brussel al bekend is, anderzijds omdat er op sommige gebieden de wet aanmerkelijk verandert, en dit heel veel vragen oproept. Aroma’s worden bijvoorbeeld veel kritischer bekeken en de wetgeving is daarop aangepast. Het is slechts een klein onderdeel, maar dit heeft flinke gevolgen voor de verwerkende industrie.’

Wat voor impact heeft de nieuw verordening op Skal?

‘We moeten de ondernemers informeren over alle wijzigingen, vanuit onze informatieplicht,’ zegt Appelman. Niet alleen voor de ondernemers wijzigt er veel, ook voor de toezichthouder op de sector is het een gigantische klus om haar werk te kunnen doen volgens de verordening. Met de uitbreiding van de scope van de verordening, wordt die van Skal ook uitgebreid. ‘We moeten wijzigingen doorvoeren om onze accreditatie te kunnen behouden. De verordening werkt door tot in alle lagen van onze organisatie en ons dagelijks werk. We moeten de wet vertalen naar beleid, personeel opleiden, nieuw personeel werven, werkwijzen aanpassen, veranderingen doorvoeren in rapporten, certificaten en werkinstructies.’

Wat voor impact heeft de nieuwe verordening op Bionext?

Blom schetst de situatie: ‘We hebben veelvuldig contact met Skal over de nieuwe verordening. Er zit veel werk in het goed uitwerken van de verordening. Dat vertraagde de komst van detailregels vanuit Brussel. We hebben gezien dat Skal op bepaalde vlakken lang heeft moeten wachten op duidelijkheid vanuit Brussel, en daarmee aan de slag kon. Hierdoor konden we ook nog niet uitleggen aan onze achterban welke gevolgen de nieuwe verordening heeft op ondernemers. Het was op die manier soms onmogelijk om vragen te beantwoorden. Dat frustreert. Ondernemers weten zo niet waar ze aan toe zijn. Het is logisch dat er grote zorgen zijn in de sector.’

Duidelijkheid

Skal herkent deze signalen. ‘Wij hadden ook liever eerder duidelijkheid gehad. We zijn voortdurend in contact met het ministerie om te zorgen dat deze duidelijkheid er zo snel mogelijk komt. We schakelen ook met collega controle-instanties binnen Europa om dit proces te bespoedigen.’ Ook Bionext is met regelmaat in contact met partijen binnen de EU. ‘We spreken veel met onze zusterorganisaties. Dit is heel effectief gebleken. We werken intensief samen binnen het IFOAM, of met wat specifiekere belangenorganisaties. Zo kunnen we effectief optreden om de standpunten van de Europese bio-sector in Brussel onder de aandacht te brengen.’ Gelukkig is er ook heel veel al wel bekend en georganiseerd. Skal heeft alle vertrouwen in een goede start. ‘Achter de schermen is er keihard gewerkt door verschillende schakels binnen de keten om alles gereed te krijgen, en we blijven ons inzetten tot dat alles klaar is. We gaan ongetwijfeld zaken tegenkomen volgend jaar, zowel Skal als de ondernemers, die niet blijken te werken of die over het hoofd zijn gezien. Wij kunnen tenslotte ook in de knel komen met dingen die in de wet staan. Belangrijk is om hierover met elkaar in gesprek te blijven en elkaar scherp te houden. De vragen die binnenkomen uit de sector, ook via Bionext, geven heel waardevolle input. Veel gestelde vragen geven heel duidelijk de informatiebehoefte aan.’ Blom haakt hier op aan. ‘Onderling contact en samenwerking is heel belangrijk. Zo werkt Bionext met ketengroepen en voor drie verenigingen. Met ondernemers die daarin deelnemen verzamelt ze vragen, bespreekt ze problemen en gewenste aanpassingen en stemt dat af met Skal.’

Informatie over de nieuwe EU bio-verordening

Gelukkig is er op heel veel vlakken wél duidelijkheid en dus informatie beschikbaar. Blom: ‘We begeleiden de ondernemers graag naar de juiste informatie en antwoorden op hun vragen. Skal heeft veel informatie op haar website staan. Wij kunnen inmiddels ook heel veel vragen beantwoorden en ondernemers helpen en ondersteunen, vanuit onze rol als belangenbehartiger.’ Appelman: ‘Wij bieden informatie, onze website bijvoorbeeld is een hele goede informatiebron, en er zijn daarnaast andere manieren om kennis te vergaren, zoals verschillende andere websites waar informatie te vinden is. Daarnaast delen wij kennis tijdens de Biokennisweek en ook in het voorjaar worden kennisevents georganiseerd over verschillende onderwerpen, waar mogelijk in samenwerking met Bionext. We gaan op korte termijn ook een kennisbank lanceren waar veel informatie op staat die voor iedereen toegankelijk is. We hebben regelmatig contact met Bionext om gehoor te kunnen geven aan informatiebehoefte uit de sector over specifieke onderwerpen. We geven echter geen advies, dat valt niet binnen onze bevoegdheid.’

Gebrek aan advies

Blom gaat daar op in. “Hier zien we echter wel een gat. Bionext behartigt belangen, en geeft zo de ondernemers een stem, en Skal is toezichthouder en een belangrijke informatiebron. Maar niet alleen bij Skal zitten deskundigen. We zien dat ondernemers zoekende zijn naar wat de gevolgen zijn van de nieuwe verordening voor hun bedrijf, en hoe ze daar op in kunnen springen. Bijvoorbeeld op gebied van administratie; van onder andere Biotuinders krijgen we signalen dat de administratieve lasten wel hoog worden.’ Appelman vult aan: ‘Wij zien ook dat er allerlei vragen bij ons binnen komen die eigenlijk aan adviseurs gesteld moeten worden. Wij ontvangen ook signalen dat door de toegenomen lastendruk ondernemers afhaken. Hier zouden adviesorganen meer uitkomst kunnen bieden. Vergeet ook de opleidingsinstituten niet. Die kunnen een veel steviger positie krijgen. Dit is iets wat ook vanuit de overheid gestimuleerd zou kunnen worden.’

Biokennisweek 2022

Tijdens de Biokennisweek (10-13 januari 2022) verzorgt Skal een heel aantal webinars over de nieuwe EU biologische verordening, waar wordt ingegaan op de wijzigingen die de nieuwe verordening met zich meebrengt op sectorniveau. Voor velen zal dit een eerste kennismaking met de nieuwe wet zijn. ‘We hebben al veel vragen gekregen vanuit de sector, die we als voeding gebruiken voor de webinars. We hopen veel ondernemers in deze webinars te zien.’