Platinapartners op de Eemlandhoeve: voor biogroei is aanspreken van nog meer groepen nodig
Werken aan kennis via het leeraanbod van de BioAcademy gaat steeds beter. Nog mooier zou het zijn als die kennis ook doordringt bij nieuwe afnemers van biologische producten. Kennis kan bijdragen aan de bewuste keuze voor het bioproduct. De platinapartners van de BioAcademy concludeerden dat op de bijeenkomst op de Eemlandhoeve.
Onder het motto ‘inspireren en doorontwikkelen’ bezochten de platinapartners (hoofdsponsors) van de BioAcademy het bedrijf van Jan Huijgen in Bunschoten-Spakenburg. Deze boer-filosoof deelde zijn zienswijze op duurzame en eerlijke coöperatieve landbouwmodellen.
BioAcademy-voorzitter Edith Lammerts van Bueren stipte die aspecten aan in haar welkomswoord, waarna er ruimte was voor uitleg, rondleiding op het gastbedrijf en natuurlijk voor reflectie op de ontwikkeling van de biologische productieketen. De ontwikkeling van een biologische productieketen voor lupine stond ook als casus op het programma. Marieke Laméris en Iris Flamand presenteerden die casus rond Lekker Lupine! Daarin zoeken telers en verwerkers nieuwe wegen (net als de biologische sector als geheel) om een plaats te veroveren in het gezonde en duurzame schap.
Wat er al is
Geertje Schlaman, coördinator van de BioAcademy, praatte allereerst de deelnemers aan de bijeenkomst bij over waar de BioAcademy nu staat. Het lijkt misschien eenvoudig, maar dat is het niet! Het is prachtig om te zien dat er al zo'n divers aanbod aan kennis beschikbaar is via het kennisplatform BioAcademy en dat dit eenvoudig toegankelijk is. Én dat dit een automatische feedbackfunctie bevat en controle op kwaliteit via een reviewsysteem. Schlaman: „Het functioneert, we werken samen en verbinden de sector en we kijken verder.”
Met verder kijken doelt zij op allerlei nieuwe trainingen, zoals die gericht op voeding, leefstijl en klantcontact bij de biowinkels of gebruik van voederheggen in de landbouw. Daarbij komt nieuwe financiering beschikbaar, zoals vanuit de provincie Brabant. De communicatiekanalen werken ook steeds beter. Via Ekoland, Biojournaal en via de nieuwsbrieven van de drie verenigingen van Bionext is er voortdurend aandacht voor leren over bio. De zeven jaren dat de BioAcademy bestaat zijn gebruikt om de professionele organisatie neer te zetten, waar de partners die bij de oprichting betrokken waren naartoe wilden.
Leren van de Eemlandhoeve
Jan Huijgen beschrijft zichzelf als boer en filosoof. Tijdens zijn presentatie en de daarop volgende rondleiding duikt hij in de gedachtegang waarmee hij de Eemlandhoeve ontwikkelde en de bedrijfsfilosofie die hij gebruikt. „Ik had de visie dat het toch anders zou moeten, toen ik het bedrijf van mijn vader overnam. Daarbij verlangde ik meer naar het model van mijn opa, want het model van mijn vader was dat van ‘meer koeien, meer melken’.”
Huijgen brengt veel meer functies in het bedrijf dan koeien melken. In de dertig jaar dat de Eemlandhoeve zijn vorm kreeg, ontwikkelden veel takken samen een compleet ‘dorp van activiteiten’. Er is een proeflokaal, een zorghuis, een landschapshuis, een moestuin. „Ik probeer dan daar leuke namen aan te geven als de Kalverstraat bij de jongveestal en de Koolsingel bij de groentetuin. De stilteplek op ons bedrijf is Natuurobservatorium genoemd.”
Huijgen onderneemt totaal anders dan zijn buurman. „Dat is de grootste boer aan de weg en ik ben de breedste boer. Wij nemen nu de stoppende boer aan de andere kant van ons over. Dat wordt de Eemvallei Voedselcampus. We werken volgens het VOLG- principe. Volg staat voor Voedsel – Omgeving – Landbouw – Gezondheid.”
Bij de rondleiding laat Huijgen de voedselcampus in wording zien. Belangrijk is voor hem om de verbinding aan te gaan. In de schuur op de Eemvallei Voedselcampus hangen de foto’s van beleidsmakers en ideologen, landbouwbedrijven en burgers die de verbinding samen maken. Het gaat om lokale, provinciale, nationale en internationale beleidsmakers, om boerenbedrijven in de Eemvallei die contact zoeken met de burger en om de typen burgers die daar mee getrokken worden: de burgers die de kernbegrippen van VOLG willen vormgeven voor zichzelf en de samenleving.
Bijzonder aan de Eemlandhoeve is dat bij de ontwikkeling van nieuwe elementen en ook bij de nieuwe Voedselcampus burgers op verschillende niveaus kunnen aanhaken. Ze kunnen alleen de producten kopen, maar ze kunnen ook ondersteunen door mee te financieren of zelfs actief mee te werken op het bedrijf.
Discussie
Voor de platinapartners van de BioAcademy is de Eemlandhoeve een goed voorbeeld van de verbinding die ze willen aangaan met elkaar en met de afnemers van het biologische product. De biologische sector staat voor de uitdaging een sterke groei te maken. Daarbij is verbinding nodig van de sector met nieuwe afnemers. Hoe doe je dat? De vraag en de betrokkenheid van de afnemers is nodig om een nieuwe groep afnemers aan te spreken en vast te houden bij de biologische sector. Jan Huijgen noemt dit deel van de puzzel ‘sociale innovatie’.
Tijdens de door Leen Janmaat geleide discussie over de nieuwe verbindingen die bij groei van de biologische keten nodig zijn komen sprekende voorbeelden in de groep: een lokaal biologisch broodje voor de provinciehuismedewerkers, een dergelijk product voor de reizigers in de trein, een supermarkt die met Agrifirm praat over het biologisch en lokaal maken van het eigen huismerkbrood en de overstap op steeds meer biologisch product in grote steden als Amsterdam en Nijmegen. Conclusie van de groep is dat de wil aanwezig is en dat het aan de biosector is om alle partijen over de streep te trekken.
Om dat goed te doen is een goed verhaal nodig, zegt Jan Groen van Green Organics. „We moeten een klik maken met de doelgroep met ons verhaal en dan de mensen die daarin geloven vasthouden”, zegt Groen. Ook Eric van Veluwen van Antropia gelooft daarin. Zijn ervaring is dat de meerprijs van het betere product uiteindelijk geen belemmering meer hoeft te zijn. „De mensen zeggen dan toch ‘wij willen dat lekkerste broodje’. Er is lef nodig, maar dan werkt het ook.”
De BioAcademy draagt bij aan de inhoud met leermodules voor koks, winkels en boeren. Geertje Schlaman wijst ook op de gratis ‘Ingrediëntencursus’ op de webpagina van de BioAcademy. Actief nieuwe wegen zoeken, zo noemt Leen Janmaat het, zowel van binnen naar buiten als andersom.
Winterwebinars
Helaas gaat de Biobeurs en de daaraan verbonden Biokennisweek in 2025 niet door. Op de achtergrond werken mensen aan de nieuwe beurs. Om het gemis van de Biokennisweek te compenseren komt er wel een serie Winterwebinars aan. De BioAcademy wil samen met alle partners hard aan de weg timmeren om die tot een succes te maken. Evenementen als de Biobeurs en de Biovelddag zijn altijd een sterke trekker voor mensen die naar de site van de BioAcademy komen om het leeraanbod te bekijken. Daarom is extra aandacht voor de Winterwebinars nodig. De BioAcademy vraagt hierbij de partners alle mogelijke kanalen in te zetten om ook dit tot een succes te maken.
Tekst en foto's: Jorg Tönjes